12 juni 2010

11 juni: Charroux - Villebois: 97 km; totaal: 1266 km



Charroux was een prettig klein stadje en het was fantastisch om in zo'n prachtige gîte te mogen overnachten. Het beroemdste wat ze in Charroux hebben is een ruïne van de Benedictijner abdij van St Saveur, die eind 8-ste eeuw met steun van Karel de Grote door de graaf van Limoges werd gesticht.  Omdat die abdij een aantal 'splinters' van het heilig kruis bezat,  en allerhand andere bijzondere relikwieën was Charroux in de middeleeuwen een belangrijke, vaste halteplaats voor de pelgrims naar Santiago.
Naast de ruïne van de abdij hebben ze er een mooie overdekte markt








Op de route - vandaag weer een fors tegenwindje - was Nanteuil-en-Vallee mijn eerste stop. Een sfeervol stadje met een door Karel de Grote zelf in 780 gestichte abdij de Notre Dame.  Natuurlijk de oudste van de hele Charente. Maar verschrikkelijk.....hij was gesloten. De mevrouw van het café snapte ook niet dat hij niet open was (dat scheelt haar natuurlijk heel veel omzet; hij is alleen in juli open). Ik ben er natuurlijk wel voor koffie op het terrasje gaan zitten. En de frambozentaart die ze erbij had was ook verrukkelijk.




St. Sulpice, Valence en St Amand- de Bonnière, dorpjes van niks, hebben toch eigenlijk ook heel inetressante romaanse kerkjes. Ik ben er steeds even binnen geweest en ben er steeds even omheen gelopen (als dat kon).



Ik wilde wat meer tijd besteden aan Angoulême. Dus daarheen een omweg gemaakt. En ondertussen werden met die tegenwind de heuvels/bergjes steeds hoger. Er moest bergop steeds flink gewerkt worden.
Angoulême is een hoog gelegen stad. Dus als je eenmaal in de stad bent, moet je ook nog flink klimmen. Het is een oude Romeinse vestingstad . Zij zijn er trots op hun cognac (ik kon hem niet meenemen) en op hun kathedraal (de St Pierre), die van begin 12e eeuw dateert. Hij heeft een beeldenrijke voorgevel; met o.m. de apostelen rondom het middenvenster, maar verder ook beelden, die de strijd tegen de ondeugden uitbeelden.
Het was erg warm.




















De geplande 20 km naar Villebois, waar ik de nacht zou doorbrengen, werden er helaas behoorlijk wat meer, omdat ik in eerste instantie de weg niet kon vinden. En die bulten waren ook na Angoulême vreselijk hoog; én harde tegenwind. Ik kwam redelijk uitgeput in Villebois aan. Het was niet zozeer de afstand, maar de combinatie van de warmte, de wind en de hoge heuvels. Maar als je dan aardig wordt ontvangen in je chambre d'hôte dan is de moeheid weer gauw over. Ik overnacht in een zeer groot huis vol met antiek en heel veel kunst. Zowel schilderijen, maar ook prachtige beelden. De eigenares blijkt kunstenaar te zijn. Zij heeft de schilderijen en beelden zelf gemaakt. Later laat ze me haar atelier zien.
Op haar aanraden heb ik in de plaatselijke Pizzeria heerlijk gegeten. De italiaanse mevrouwen daar hadden inderdaad lekker eten, maar ze wilden ook alles over mijn reis tot nu toe weten.

In Angoulême heb ik nog even met een duitser gesproken, die op weg was naar Santiago. Maar hij was een echte sporter. Reed minstens 150  km dag. Hij was niet zo zeer geïnteresseerd in romaanse kerken, abdijen en ruïnes. Voor hem ging het vooral om het fietsen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten