21 februari 2010

Motivatie en voorbereiding

Johan Vijverberg gaat fietsen naar Santiago.Een al oude droom wordt werkelijkheid. Al 25 jaar geleden sprak ik soms voorzichtig over het voornemen om die tocht ooit te gaan fietsen. Nadat ik in 1988 een racefiets had gekocht, dacht Hanneke dat het er toen snel van zou komen. Zij gaf me dat jaar met Sinterklaas zelfs al het routeboek. Daar heb ik sindsdien vaak in gebladerd. En als je zo'n routeboek bekijkt, krijg je echt heel veel zin. Toch is het er tot nu toe nooit van gekomen. Hele mooie dingen laat je soms lopen. Dat weet je wel. Je bent je er wel van bewust, maar je bent kennelijk niet in staat om expliciet voor dat mooie te kiezen. Of je durft er niet voor te keizen. Je motivatie is dan dus niet sterk genoeg. Het werk kreeg uiteindelijk toch voorrang.


Er waren ook specifieke praktische problemen. Bij het Bouwcollege waren vakanties langer dan 3 weken uit den boze. En in drie weken kun je niet naar Noord-West Spanje fietsen.
Als leidinggevende lag het minder voor de hand, dat je ging proberen te regelen, dat je toch een keer over 5 weken vakantie kon beschikken. Zo iets werkt niet. Dan zou je in het vervolg iedere medewerker van je afdeling, die eens wat langer weg zou willen, ook toestemming moeten geven. Naar medewerkers toe, ook naar een Santiago-ganger, maak je dan wel uitzonderingen, maar voor je zelf kun je je zo'n uitzondering niet permitteren.
Nu ben ik gepensioneerd en ik heb nu dus bijna de volledige vrijheid te beslissen wanneer ik ga en hoelang ik ga. Ik zeg bijna, want ik moet natuurlijk wel rekening houden met het thuisfront, met mijn klanten en met wat er in het kader van verschillende bestuursfuncties moet gebeuren. Maar het gaat nu lukken.
De fietstocht naar Santiago zal geen ernstige gevolgen hebben voor mijn studie. Als ik eind mei a.s. vertrek, kan ik natuurlijk in de vierde periode geen tentamen doen. Maar dat heeft verder geen ernstige consequenties, omdat ik vorig en dit studiejaar al zoveel tentamens heb gehaald, dat ik op het eind van dit studiejaar verzekerd ben van een positief studie-advies. Dat betekent dat ik, zolang ik Collegegeld betaal, toegang houd tot de faculteit wijsbegeerte en dus eigenlijk nooit meer tegen een consilium abeundi aan kan lopen.

De Motivatie
Nu ik het besluit genomen heb, zou het niet al te moeilijk moeten zijn om aan te geven waarom ik de tocht ga maken. Toch is dat niet zo simpel. Het heeft zeker te maken met die "oude droom". Je wilt een oud voornemen, waarover je al vaak hebt gedacht, waarover je met anderen hebt gesproken, waarover je intussen ook het nodige hebt gelezen, domweg waar maken. Het klinkt een beetje romantisch, maar het is echt waar.
Verder gaat het natuurlijk om het zoeken naar het andere, het nieuwe, het deels vreeemde, het nog onbekende. Het zoeken naar wat we niet in onze vertrouwde omgeving, in eigen land vinden. Dat andere, dat nieuwe daagt uit, is spannend, is opwindend, geeft nieuwe inzichten, verruimt je blik. Het gaat om het zoeken naar verbazing, naar kennis voor het leven, naar wat stof geeft om na te denken. Er is een verlangen om meer aan de weet te komen en meer te weten. Meer te weten over ons Europa, onze europese geschiedenis, de kunstgeschiedenis, de geschiedenis van de bouwkunst, andere eurepese samenlevingen. Ik realiseer me, dat ik 'on tour' slechts hier en daar een glimp zal opvangen. Ik heb niet de pretentie dat ik straks met complete kennis over de regio's, waar ik door kom, zal terugkeren. Maar door de extra kennis, die ik zal opdoen, zijn al die regio's voor mij straks waarschijnlijk mooier dan ik ze me nu voorstel. Door veel foto's en een reisverslag te maken hoop ik beelden en kennis vast te kunnen houden.

Het gaat ook om het zoeken naar mezelf. Die bijzondere omstandigheden zullen me helpen mezelf beter te zien en beter te leren kennen. Er zal tijd genoeg zijn om na te denken over de verdere invulling van de derde levensfase. Het werkzame leven loopt ten einde. Het werk in mijn kleine bedrijfje zal ik ook niet al te lang meer voortzetten. Wat zijn de nieuwe ambities? Is dat alleen de studie? En moet ik tentamens willen blijven doen? Moet ik op zoek naar nieuwe vrijwilligersactviteiten? Moet ik bestaande afstoten?

Het is jammer dat ik onderweg geen boeken en/of brochures of artikelen kan verzamelen. Ik moet me aan die 18 kilo blijven houden. Wel heb ik steeds het internet beschikbaar. En op mijn notebook kan ik actuele informatie en kennis opslaan en verwerken.
Het een langere periode achtereen fietsend 'on tour' zijn lijkt me erg aantrekkelijk en vormt ook een reden. Dat heeft nooit gekund. Ik heb het altijd wel gewild. Ik stel me voor, dat de langere duur van de tocht iets extra's gaat toevoegen. Ik verwacht dat ik, hoe verder ik kom, en hoe langer ik onderweg weg ben, als het ware steeds meer in een 'Compostela-stemming' zal komen. De 'compostela-stemming' is voor mij vooralsnog een meervoudig begrip. De invulling ervan gaat bepaald worden door het genieten van het fietsen in de natuur, door de dagelijkse fietservaringen in (hopelijk mooi) weer en (hopelijk weinig) wind, het fietsen door de vele wisselende landschappen met alle verschillende horizonten, door de ervaringen, contacten en gesprekken onderweg, door de contacten en gesprekken met andere- Compostelagangers (fietsers en wandelaars), door de ervaringen in de diverse hotels, chambres d'hôtes, hostals, en gîtes in Nederland, België en Frankrijk, de ervaringen in de refugio's, kloosters en kerken in Spanje, door de bezoeken aan waarschijnlijk heel veel prachtige romaanse kathedralen en kerken, door het genieten van de kunstwerken die ik daar binnen en buiten zal aantreffen, door bezoeken aan kloosters, kastelen en musea onderweg, de genietingen en geneugten van wat keukens en tappen mij onderweg zullen bieden, enz.

De compostela-stemming zal in de praktijk wellicht vooral een kwestie zijn van me open stellen voor wat en wie ik tegen kom en van het aandacht geven aan wat en wie ik tegen kom.
Ik heb me heilig voorgenomen me er voor open te stellen, ook de tijd en rust te nemen waar dat nodig en wenselijk is. Ik ga me niet haasten en stressen. Ik ga er geen wedstrijd van maken. Ik neem de tijd en zal, als er op enige afstand van de route iets bijzonders is te zien, beslist ook omwegen maken.
Ik heb hoge verwachtingen van de tocht. Natuurlijk zal ik onderweg tegen tegenvallers aanlopen, ik zal wel eens pech krijgen, het zal zo nu en dan (hopelijk niet te vaak) regenen en te koud of te warm zijn, ik zal zeker ook tegen eenzaamheid aanlopen, maar het zou me niet verbazen als de tocht per saldo in werkelijkheid veel mooier gaat uitpakken dan ik vooraf kan bedenken. Er ligt zoveels moois onderweg op mij te wachten. Volgens mij hoef ik alleen maar een beetje alert te zijn, wakker en uitgerust, zodat ik het allemaal echt zie en kan meemaken en opslaan.

Voorbereiding
De voorbereiding is al enige tijd geleden begonnen. Heel concreet werd het toen ik vorig jaar november als kado voor mijn verjaardag met Hanneke een nieuwe fiets ging uitzoeken.
Het is werkelijk een prachtige fiets. Een felrode Santos. Een beetje een Ferrari onder de fietsen. Dat is natuurlijk sterk overdreven. Maar het voelt wel zo. Ik heb nu al een zwak voor die fiets. Dat is immers 'de machine' die de verplaatsing naar het verre Santiago mogelijk gaat maken. Het is een mooi stukje techniek. Hij heeft 27 versnellingen.
Als ik (soms heel even) hard fiets, gaat er van die rode Santos een zekere bekoring uit. Ik stel me voor hoe heerlijk het zal zijn .......voor de wind, op een stille, bochtige weg door het bos, waar het geluid zo lekker blijft hangen. Voor mij zal dan vrij naar Descartes gelden: "ik fiets, dus ik ben".

Nu ik toch tegen de filosofie ben aangelopen, vraag ik me ook af, hoe verschillend mijn lichaam en mijn geest gaan reageren op dat pelgrimeren, en op nieuwe ervaringen als het fietsen in de bergen. Wat gaat het lichaam doen bij lange, steile klimmen, op warme dagen met temperaturen boven de 35 graden? Hoe gaat de geest reageren op mijn angst bij gevaarlijke afdalingen, hoe gaan zelfbespiegelingen uitvallen als je al vijf uur op de fiets zit?
Fietsen biedt mij doorgaans 'een goede context' voor reflexie, zeker als ik alleen fiets. Ook dat moet dan tijdens zo'n lange tocht het nodige opleveren.
Nadat ik de fiets in november jl. met mijn verjaardag heb gekregen, ben ik voorzichtig met de voorbereiding begonnen. Ik heb me als lid aangemeld bij het Nederlands genootschap van St. Jacob. Via dat genootschap beschik ik inmiddels over een pelgrimspas.

Verder heb ik via internet en via kennissen de nodige contacten gelegd met mensen die de tocht al een keer hebben gefietst. Ik laat me door hen informeren en adviseren. Voorts heb ik routeboeken en kaarten aangeschaft. Ook heb ik inmiddels een aantal trainingsritten gemaakt. Ik had al meer willen fietsen, maar sneeuw, kou en gladheid hebben me daar vanaf gehouden. Intussen heb ik mijn paklijst wel al zo ongeveer gereed. De aanschaffingen die ik nog had te doen, heb ik bijna allemaal gedaan. Wekenlang stond de keukenweegschaal op het aanrecht. Ik heb alles gewogen. En wat in mijn ogen een beetje aan de zware kant was, werd vervangen door lichtgewicht. Zoals het ernaar uitziet zal ik met ongeveer 18 kilo bagage op pad gaan. Dat is dan inclusief tassen, een notebook en eten voor onderweg. Volgens mij blijf ik dan binnen de aanbevolen marges.
Ik ga de komende tijd rustig verder met de voorbereiding en zal me zeker ook verder inlezen.

1 opmerking:

  1. Het mooie is dat je nooit weet wat de dag je brengt en dat je fietst ondanks dat wat er die dag gebeurt. De verrassingen van het landschap, van de mensen die je ontmoet, het weer. Dan weer even een dip en dan weer genieten van het fietsen. Mooi is ook het hebben van één doel: de stad Santiago de Compostela bereiken. Dat geeft een enorme geestelijke rust. Maar de weg ernaar toe was voor mij een mooiere belevenis dan het bereiken van de stad zelf.
    Monique Bedet

    BeantwoordenVerwijderen